Zoals u hebt kunnen lezen zij wij gepassioneerd hondensporters. Zo’n 3 à 4 keer per week zijn wij op onze club in Nieuw Weerdinge te vinden om te trainen. Wij zijn met onze honden actief binnen de IGP sport. IGP staat voor internationale Gebrauchshunde Prufunf. IGP is er in 3 zwaartegradaties, te beginnen bij IGP I en eindigend met de koningsklasse IGP 3. In alle gradaties bestaat het IGP uit 3 afdelingen waarvoor men tijdens een examen in alle 3 de afdelingen minimaal 70% van de maximaal te behalen 100 punten moet halen, anders is men “afgewezen” voor het certificaat.
De eerste afdeling bestaat uit speuren, waarbij meestal in een weiland of een akker een menselijk spoor wordt uitgelopen en waarop een aantal kleine gebruiksvoorwerpen wordt gelegd. In het spoor bevinden zich afhankelijk van de klasse, 2 of 4 hoeken. Na een bepaalde wachttijd (variërend van 20 minuten tot een uur, afhankelijk van de klasse) mag de geleider zijn hond bij het piket (startpaaltje) aanzetten en moet de hond zonder verdere inwerking of hulp van de geleider, die op 10 pas achter de hond blijft, het spoor zelfstandig uitwerken en de voorwerpen verwijzen (=aangeven d.m.v. zit, af, sta dat hij “iets” gevonden heeft).
De tweede afdeling is het “appèl”, een gehoorzaamheidsprogramma, waarbij de hond allerlei, grotendeels onaangelijnde, oefeningen moet laten zien, bestaande uit:
- “volgen” in gewone, langzame en snelle pas.
- zit en af met doorlopen geleider.
- afliggen met afleiding.
- apporteren over de vlakke grond.
- 1-
meter haag en A- schutting - als laatste het “vooruitsturen”.
alles afhankelijk van de klasse waarin men uitkomt. Tijdens het “los volgen” wordt tevens d.m.v. 2 schoten uit een alarmpistool de schotvastheid van de hond beoordeeld. Een hond met schotangst wordt uitgesloten van verdere deelname aan het examen.
De derde afdeling is het pakwerk waarbij de hond getest wordt op belastbaarheid, drift en moed door verschillende oefeningen met een pakwerker. Het is hierbij essentieel dat de hond goed gehoorzaam is. Zo moet de hond na inbijten op de bijtmouw van de pakwerker deze binnen 3 commando’s weer loslaten na het commando daartoe van de geleider, anders volgt diskwalificatie.
Tijdens deze afdeling wordt de combinatie door de keurmeester beoordeeld op het “vol inbijten” van de hond, de al eerder genoemde gehoorzaamheid en de belastbaarheid. Ook tijdens de stokslagen (voor de dierenliefhebbers, wees gerust, dit gebeurt met een zachte stok op niet-gevoelige delen van de hond als schoft en schouder) moet de hond vol blijven bijten op de bijtmouw. Ten onrechte denken veel niet- hondensporters dat dergelijke afgerichte honden “gevaarlijk” zijn. Voor de honden is het echter niet meer dan een fijn spel met veel actie. Het is ze geleerd uitsluitend te mogen bijten op de bijtmouw. Zodra de bijtmouw bijv. wordt weggegooid, kan de pakwerker dan ook zonder problemen met verreweg de meeste honden een potje stoeien of aaien. IGP getrainde honden blijken zelfs in mindere mate voor bijtincidenten te zorgen dan niet getrainde honden! Tijdens de training is de mouw dan ook het speeltje, de buit die ze kunnen winnen als de hond het gewenste beeld laat zien.
De honden moeten dus binnen de IGP zeer sociaal zijn en moeten vooraf verplicht het diploma VZH/BH (Verkeerszekere Hond/Begeleidingshond) hebben behaald, waarbij naast het volgwerk en af-